Caldas: ‘Het liefst blijf je met Wortel in de kleedkamer’
Natuurlijk. Bondscoach Max Caldas baalde enorm van de 2-4 nederlaag die zijn Oranje moest slikken tegen Duitsland. Maar dat andere moment van de wedstrijd deed hem nog meer. Het uitvallen van Floris Wortelboer.
Het gebeurt zaterdag na 24 minuten. Een duel op het middenveld, op zich niets bijzonders. Maar Wortelboer valt en lijkt die klap op te vangen met zijn hand. Hij grijpt naar zijn rechterbovenarm en -schouder. Meteen is duidelijk dat hij eraf moet. Pijn heeft. Niet naar de bank, maar direct de catacomben in. Einde wedstrijd.
‘Dat brengt herinneringen met zich mee’, verzucht Caldas na de wedstrijd. De bondscoach doelt daarmee op de aanloop naar het WK van 2018, toen Wortelboer tijdens de voorbereiding geblesseerd raakte aan zijn linkerschouder. Ditmaal was het dus de andere schouder die de Brabander parten speelde.
Lucht uit de ploeg
‘Het is bekend dat Wortel een zeer geliefde jongen is. Zoiets doet pijn’, aldus Caldas in de geïmproviseerde mixed-zone van het Wagener Stadion. ‘In de rust bleef hij in de kleedkamer achter. Het liefst was ik bij hem blijven zitten. Maar wij moesten door met de wedstrijd, naar buiten. Ja…dat doet wat met je. Met ons. Je voelde de lucht uit de ploeg gaan.’
Nog geen zestig tellen na de trieste aftocht van Wortelboer beukte Duitsland de tweede treffer binnen. ‘Ik vind het te gemakkelijk om te zeggen dat die goal door de impact van dat moment kwam’, zegt Caldas, die sowieso van plan was om Wortelboer alleen zaterdag te laten spelen. ‘Dan geef je de schuld aan iets externs. Terwijl het aan onszelf lag. We waren gewoon aan de bal heel matig.’
Verschil in scherpte en beleving
De bondscoach zag zijn ploeg goed starten dankzij de vroege cornergoal van Jip Janssen, maar constateerde daarna dat er veel mis ging. ‘We namen ballen niet aan, we misten passes, stelde keuzes uit’, somt Caldas op. ‘Ik had dit gevoel ook na de eerste Pro League-pot met India. Toen speelden we ook tegen een ploeg die al lang in training was. Zo was het vandaag ook. Duitsland had er afgelopen week al twee oefenpotten opzitten. Zij hadden wedstrijdritme, wij waren…er nog in aan het komen. Je zag een verschil in scherpte en beleving. We hielpen elkaar niet.’
Daarbij kwam dat Duitsland een prima indruk maakte. ‘Hoe is die bekende uitspraak ook al weer uit het boksen? Je kan een plan hebben, maar als je een klap krijgt, moet je wel vechten. Drie van de vier tegengoals ontstonden na technische fouten van onze kant. We lieten het kaas van ons brood eten. Dus ja, dat kunnen we morgen rechtzetten. We zijn op toernooien ook gewend om er een dag later weer te staan.’
Tussen de oren
Noem het een voordeel, dat Oranje zondag alweer de kans heeft om een ander gezicht te laten zien. ‘En dat is do-able’, zegt Caldas. ‘Als je weet waar het aan ligt, kun je eraan werken. Het zit vooral tussen de oren. Maar vraag je aan mij of ik dit verwacht had? Dan zeg ik ‘nee’. De signalen waren heel goed de afgelopen week. Maar goed. Er is een verschil tussen goed trainen en goed spelen.’