Oranjemannen zetten knop om: ‘Gaat nu alleen om Nederlands elftal’

Het was de aftrap van die afgeladen Oranje-maand. De 2-1 zege van de Nederlandse mannen op India was de eerste horde in een reeks van acht. Binnen twaalf dagen werkt de selectie van bondscoach Jeroen Delmée z’n wedstrijdprogramma erdoorheen. ‘De tijd dat iedereen evenveel speelt en gelijke kansen krijgt, is wel voorbij.’

‘We genieten ervan om weer samen te zijn. Misschien klinkt dat heel stom. Maar dit is de eerste keer sinds Parijs dat iedereen er weer is. Dat de focus niet ligt op studie, hockeyen in India of belangen van de club.’

Met een grijns: ’We hebben weken gehad waarin we een selectie hadden van 34 man, maar amper zeven tegen zeven konden spelen. Dat kan. Hoort er soms bij in een post-olympisch jaar, waarin er meer vrijheid is. Maar dat hebben we nu afgesloten. Nu staan de neuzen weer dezelfde kant op. Gaat het weer alleen om het Nederlands elftal.’

Was getekend, bondscoach Delmée. De baas van het team dat zaterdag weer in de harten werd gesloten van het vaderlandse hockeypubliek. Het Wagener Stadion zat vol en bleef ook vol na het laatste fluitsignaal. Want toen waren daar weer die heerlijke taferelen. De handtekeningen, de selfies. De aandacht van fans die voor een zomervakantie-achtige drukte zorgden richting het nationale hockeypaleis.

Foto: Willem Vernes

‘Jongens twee maanden niet gezien’

Terwijl Floris Wortelboer handen tekort komt om al zijn fans aandacht te geven en Terrance Pieters nog maar eens een stift ophaalt om zijn krabbels te kunnen zetten, staat Delmée in de spelerstunnel de pers te woord. Hij is tevreden over de eerste zestig minuten van de Oranje-zomer, die na die bak met Pro League-duels naar het EK in Mönchengladbach voert.

‘Zeker als je kijkt naar wat we konden verwachten’, haakt de bondscoach meteen in. ‘Niet alles klopte. Maar we lieten wel de arbeid en energie zien die de laatste jaren bij ons hoort. Daardoor gaven we steeds minder weg en konden we juist steeds meer druk zetten op India. Al waren we soms wel slordig en geforceerd aan de bal. Wanneer je goed bent, moet je meer creëren.’

Natuurlijk baalt de perfectionist in hem daarvan. Maar van een lekkere aanloop was amper sprake. In februari stond Oranje voor het laatst op het veld tijdens een wedstrijd, bij de Pro League-duels in Australië. Daarna ging de blik weer op het clubhockey. ‘Alleen in maart hebben we een blok van vier weken met elkaar getraind met de hele groep. Dan heb je het over acht trainingsdagen. In de week voor Pasen waren we al niet meer compleet. Jongens van Kampong en Bloemendaal, die in de EHL én de play-offs speelden, hebben we twee maanden niet gezien bij Oranje. Afgelopen donderdag sloten de finalisten van de play-offs weer aan.’

Thijs van Dam viert zijn winnende treffer. Foto: Willem Vernes

Op vakantie zonder blessures

Hij wil er niet te veel over klagen. Het is immers ook jaarlijks zo. In juni is het altijd een kwestie van balanceren en schipperen. Zeker met oog op het moordende wedstrijdschema wat Oranje te wachten staat. Twaalf dagen, acht duels. Een toernooi-achtig gemiddelde.

‘Daar ligt de grootste uitdaging’, stelt Delmée. ‘Het doel is om iedereen aan het eind van die rit heel te hebben. Dat ze zonder blessures op vakantie kunnen, voordat we doorgaan naar het EK. We hebben een grote groep, dus dat kunnen we wel managen. We zullen veel overleggen met de fysio’s en onze kracht- en conditietrainer om te kijken wat iedereen aankan. Op de Olympische Spelen speelden we acht wedstrijden in dertien dagen, maar daar werk je weken naar toe. Is iedereen topfit. Dat is nu anders.’

Miles Bukkens op de tribune. Foto: Willem Vernes

Het uitvallen van Bukkens

Na de Pro League krijgen de spelers even vrijaf. Daarna wacht het klapstuk van dit jaar, het EK. Delmée is met een groep van 27 de zomer ingegaan. Er mogen maar achttien mee naar Duitsland. ‘En toch ligt de fase om je in de kijker te spelen, wel achter ons’, stelt Delmée. ‘De tijd dat iedereen evenveel speelt en gelijke kansen krijgt, is wel voorbij. Nu gaat het weer om resultaat. Snel progressie boeken. Want we hebben niet veel tijd tot het EK. Ik zie dit als onze voorbereiding daarop.’

Een domper voor Oranje was zaterdag het voortijdig uitvallen van Miles Bukkens. De 22-jarige spits stond op het punt om zijn negende interland te spelen, maar viel in de warming-up geblesseerd uit. Bukkens miste een deel van de tweede seizoenshelft door een knieblessure. ‘Nu viel iemand op zijn been na een duel. Miles twijfelde een beetje hoe het ging. Dan nemen we geen risico’s. We moeten even wachten hoe het verder gaat, hoe zijn lijf reageert. Ik hoop dat hij maandag weer kan spelen.’