Thijs van Dam na monsterzege: ‘Bevestiging dat we lekker bezig zijn’
Een paar uur na de 11-1 monsterzege van de Oranje Heren op Zuid-Afrika werd Thijs van Dam door zijn teamgenoten nog altijd plagerig herinnerd aan zijn gemiste strafbal, zo’n acht minuten voor tijd. Bij een stand van 1-9 kon de aanvaller van Rotterdam de dubbele cijfers op het bord pushen, maar keeper Estiaan Kriek tikte de bal knap uit de kruising.
‘Ze houden er maar niet over op’, lacht Van Dam na het nuttigen van de late maaltijd in het hotel. ‘Ik oefen de laatste tijd veel op het nemen van strafballen. Toen ik door mijn eigen actie een strafbal meekreeg, zei Jip [Janssen] dat ík hem mocht nemen. Dat vond ik tof van hem. Ik raakte hem lekker, alleen zat de keeper er goed bij met zijn stick. Kan gebeuren. Persoonlijk een klein smetje op een verder prima avond.’
Een schepje erbovenop
En een prima avond was het. Ook in de vierde interland onder bondscoach Jeroen Delmée toonde Oranje zich gretig en bijzonder energiek. Het lijken nu al handelsmerken te zijn van dit Nederlands elftal, dat de Zuid-Afrikanen vooral na rust bij hun nekvel pakte en alle hoeken van het veld liet zien.
‘Na tien dagen trainen waren we echt toe aan het spelen van een wedstrijd’, legt Van Dam de honger naar de bal uit. ‘Ik moet eerlijk zeggen dat Zuid-Afrika veel minder sterk was dan tijdens de Spelen in Tokio, maar toch hebben we deze uitslag helemaal zelf afgedwongen. Vaak zie je in een wedstrijd met zo’n krachtsverschil dat de scherpte er halverwege vanaf gaat en dat het spel doodbloedt, maar wij deden er juist een schepje bovenop. We wilden doorpakken, en dat is heel goed gelukt. Zeker in de fase dat Zuid-Afrika vijf minuten met een man minder speelde.’
Elkaar veel gunnen
Jip Janssen refereerde er vorige maand ook al aan: de energie die momenteel bezit heeft genomen van de Oranje-selectie werkt als doping voor alle betrokkenen. De spelers willen zich als individu stuk voor stuk bewijzen en die positieve instelling werkt door in de teamprestatie. Er werd onder Delmée eerder al gelijkgespeeld en gewonnen van België én gewonnen van Spanje. Nu is daar een monsterzege op het arme Zuid-Afrika aan toegevoegd, de grootste zege van Oranje sinds de 12-0 op Polen tijdens het EK 2013 in Boom.
Van Dam: ‘We gunnen elkaar veel. Tegen Zuid-Afrika hebben vier jongens [Tijmen Reijenga, Koen Bijen, Derck de Vilder en Tim Swaen] hun eerste interlandgoal gemaakt. Da’s alleen maar mooi voor het gevoel in de groep. Dat gretige, dat positieve; dat voelen we niet alleen in wedstrijden, maar ook op trainingen en zelfs in het hotel. De sfeer is goed, we hebben het leuk onderling en willen met elkaar knallen. Er zullen vast wel momenten komen waarop het ineens tegenzit, maar nu wordt bevestigd dat we lekker bezig zijn.’
Nog fitter worden
Dat Oranje de Zuid-Afrikanen uitgerekend in de laatste vijftien minuten van de wedstrijd helemaal kapot speelde en op zes (!) tegentreffers trakteerde, verraadt ook een ijzersterke conditie. Een logisch gevolg van de intensieve trainingen van de afgelopen dagen maar zeker ook van december, toen er veel fysieke arbeid is verricht onder leiding van de nieuwe kracht- en conditietrainer Matt Eyles.
‘We zijn inderdaad al best fit’, zegt Van Dam met gevoel voor understatement. ‘Matt is nieuw bij de groep en weet ons op de juiste manier te prikkelen met zijn trainingen. Zijn aanpak slaat aan. Dat moet ook wel, want in het hockey wat Jeroen [Delmée] en Eric [Verboom, assistent-bondscoach] willen spelen, zijn kracht en snelheid heel belangrijk. We zijn op de goede weg, maar moeten de komende maanden nog veel fitter worden.’