Individuele prijzen zetten Matla op scherp voor Tokio

Oranje-spits Frédérique Matla werd zaterdag vlak na de zinderende finale tegen Australië (2-2, 4-3 zege na shoot-outs) uitgeroepen tot Beste Speelster van de eerste editie van de FIH Pro League. De 22-jarige aanvaller was met tien goals in vijftien wedstrijden Oranje’s meest trefzekere international en had zo een groot aandeel in de eindzege.

Twee dagen na die bloedstollende finale tegen de Hockeyroos blikken we met Matla terug op die lange en soms moeizame tocht naar opnieuw een hoofdprijs voor het machtige Oranje. Het eerste Pro League-avontuur had alles in zich: een zeldzame nederlaag tegen Australië in de poulefase en eenvoudige overwinningen op de VS en China. Maar ook het zoeken naar vastigheden vanwege verschillende teamsamenstellingen en het tonen van strijdbaarheid en veerkracht in wedstrijden tegen taaie ploegen als Nieuw-Zeeland, Argentinië, Duitsland en opnieuw Australië.

Tien van de zestien overwinningen met een goal verschil

Meer dan ze de afgelopen jaren gewend waren, moesten de Oranje Dames hun mentaliteit aanspreken om wedstrijden over de streep te trekken. Zo knokte de ploeg van bondscoach Alyson Annan zich terug van een achterstand in de duels met Argentinië (1-2 en 2-1 zeges), Duitsland (2-1) en Australië (3-1). Bij tien van de zestien overwinningen in de Pro League bedroeg de marge slechts één goal.

Niet zomaar alles winnen

‘Ik denk niet dat die tendens per se iets is van deze Pro League-campagne’, countert Matla. ‘De wedstrijden die er echt toe doen, win je niet zomaar. Tijdens het WK van vorig jaar hadden we in de halve finale tegen Australië ook shoot-outs nodig om door te komen. Je ziet dat de landen bovenin wat meer naar ons toegroeien. Er wordt veel aan videoanalyse gedaan, dus je merkt al een tijdje dat steeds meer ploegen zich heel gericht op ons spel instellen. Dat gaat soms ten koste van de aantrekkelijkheid van wedstrijden.’

Frédérique Matla aan de bal tijdens de Pro League-finale Nederland-Australië. Foto: Koen Suyk

Matla kijkt overwegend positief terug op de voorbije zes maanden in de Pro League. Ze zag Oranje de ene keer knap zegevieren na een moeizame wedstrijd, maar merkte soms ook dat de ploeg moeite had om een wedstrijd te killen. Matla: ‘Sommige landen kozen ervoor heel verdedigend te spelen tegen ons. Dat maakt het hockeyen lastig in een overvolle cirkel of 23-metergebied, ook voor mij als spits. In de uitwedstrijden speelde ik nog als aanvallende middenvelder, maar de meeste duels heb ik dieper gestaan. Dan zijn de momenten dat je aan de bal kunt toeslaan spaarzamer.’

Topschutter van Oranje

Ondanks de topdrukte in de vijandelijke cirkel lukte het Matla toch om tien keer te scoren in de Pro League. Daarmee nam ze bijna een kwart van de productie van Oranje voor haar rekening. Vijf keer schoot de aanvaller Oranje in een wedstrijd op voorsprong, waarvan vier keer de 1-0. Verder trok ze de stand met twee treffers gelijk en bereidde ze ook nog eens drie doelpunten van teamgenoten voor. Het leidde er allemaal toe dat de FIH haar afgelopen zaterdag uitriep tot Beste Speelster van het toernooi, een prijs waarmee Matla zelf geen seconde rekening had gehouden.

‘Ik wist niet eens dat die prijs er was, het kwam een beetje als een verrassing. Ik maak dan wel tien doelpunten, maar daar mag ik mijn ploeggenoten alleen maar dankbaar voor zijn. Even een lange rush maken met de bal en die actie dan zelf doeltreffend afronden was lastig in al die wedstrijden tegen defensief ingestelde tegenstanders. Ik kan alleen maar blij zijn dat mijn teamgenoten me zo goed bediend hebben.’

Matla in duel met de Duitse Maike Schaunig. Ze maakte twee van haar vier openingsdoelpunten tegen Duitsland. Foto: Koen Suyk

Hoger verwachtingspatroon

Matla, die onlangs ook al voor het tweede seizoen op rij werd uitgeroepen tot Beste Speelster van de Hoofdklasse, valt op het podium van het internationale hockey steeds meer op met individuele prijzen. Ze merkt dat de aandacht voor haar prestaties daardoor toeneemt en dat er steeds meer van haar verwacht wordt op het veld.

Matla: ‘Natuurlijk brengen al die prijzen een bepaalde druk met zich mee. Mensen letten meer op je en zijn sneller kritisch als de prestaties even tegenvallen. Gelukkig ben ik zelf mijn grootste criticus. Ik moet niet te veel met de buitenwacht bezig zijn en me gewoon blijven concentreren op mijn eigen spel. Ook als het in een periode even minder gaat, moet ik in mezelf blijven geloven.’

Tokio lonkt

Matla is blij dat ze de komende weken tijdens haar vakantie even de accu kan opladen na een intensief seizoen met Den Bosch en het Nederlands elftal. Maar lang zal die rustperiode niet duren. De Oranje Dames reizen over een paar weken naar Tokio, waar volgend jaar tussen 24 juli en 9 augustus de Olympische Spelen worden gehouden.

‘We gaan daar naartoe om alvast kennis te maken met de omstandigheden’, zegt Matla. ‘Het schijnen de warmste Spelen ooit te worden, dus is het goed om daar alvast eens te ervaren hoe dat voelt. Je merkt binnen Oranje steeds meer dat alles in het teken van Tokio komt te staan. Aan de ene kant is het dichtbij, maar ergens is het ook nog ver weg. In augustus spelen we eerst het EK in Antwerpen en daarna volgt weer een nieuwe editie van de Pro League. Ik heb Tokio in het vizier, maar moet me wel blijven focussen op de toernooien die er eerst aankomen.’